![]() |
Het Damsterdiep in 1980 (Bron: beeldbank.cultureelerfgoed.nl) |
Jos is er één van de eerste klanten. Hij is nog maar 16,
maar al hevig verslaafd aan heroïne. Hij werd doorverwezen door het CAD en ziet
de methadonverstrekking als een manier om gemakkelijk aan z'n dagelijkse dosis
te komen. “Voor veel verslaafden was methadon het brood; het beleg scoorden we
er zelf bij”, zegt Jos.
Jan leert zijn cliënten goed kennen. “Ik zag mijn klanten
dagelijks, er ontstond met de meesten van hen een band. We wilden ook niet
boven, maar naast onze cliënten staan. Maar voor confrontaties en zelfs geweld
ging ik niet uit de weg. Vooral de mensen met persoonlijkheidsstoornissen waren
pittig. Die hebben nergens respect voor, ook niet voor zichzelf”, zegt Jan.
Met zijn grote baard en brede schouders is Jan voor Jos de
rust in de methadonpost. Jos is eigenwijs en heeft moeite met autoriteit. “Maar
wat Jos ook deed, ik had respect voor hem. En hij voor mij.”
Aanvankelijk is Jos niet van plan het rechte pad op te gaan.
Geregeld wordt hij opgepakt door de politie voor misdrijven waar hij soms wel,
soms niet bij betrokken is. De methadonpost is een vrijplaats; de politie wordt
er niet toegelaten. “Terwijl de politie nog druk met haar onderzoek bezig was,
wisten wij vaak al tot in detail wat er die afgelopen nacht was gebeurd”, zegt
Jan.
Na een periode van detentie komt Jos terug bij de
methadonpost. Inmiddels heeft hij een vrouw en (stief)kinderen, maar zijn leven
staat nog steeds in het teken van drugs en criminaliteit. Jan vindt dat waar
Jos mee bezig is, als huisvader niet kan. En hij zegt dat ook. “Jan vond dat ik
mijn verantwoordelijkheid moest nemen. Af en toe zei hij hele rake
dingen”.
Op een dag is Jos ziek en kan hij niet naar de
methadonverstrekking komen. Jan gaat hem zijn methadon brengen. “Zo deden we
dat. Het was praktisch en zo kregen we ook een idee hoe onze klanten leefden”.
Jos ligt in bed met longembolie en is er niet best aan toe. Het komt
uiteindelijk goed, maar misschien was het anders afgelopen als Jan niet was
langs gekomen en een ambulance had gebeld. Ook zorgt Jan ervoor dat Jos en zijn
gezin kunnen verhuizen naar een grotere woning.
![]() |
De methadonbus in aanbouw (Bron: Nieuwsblad v/h Noorden, november 1987) |
Jos blijft een trouwe, maar soms lastige klant van de
methadonpost. Als hij weer eens over de schreef gaat, mag hij de post niet meer
in en moet voor straf een periode zijn methadon komen halen in de methadonbus.
Maar dat is nauwelijks een straf te noemen. Volgens Jos is het 'de mooiste bus van Nederland'. Jan had de bus samen met een bevriende architect in opdracht
van de toenmalige wethouder ontworpen. “Onze cliënten kwamen steeds vaker uit
de buitenwijken. Voor sommigen was het niet te doen dagelijks naar de
binnenstad te komen”. De gemeente wilde de methadonverstrekking spreiden. De
bus was daarvoor de oplossing. Hij had een aparte spreekkamer, een telefoon,
toiletten en verwarming die het ook deed als de bus stil stond. Het enige
nadeel was dat de methadonverstrekkers eerst hun groot rijbewijs moesten halen
voordat ze met de bus de weg op konden.
In 1989 gaat Jos toch serieus nadenken. Zijn gezin, de
drugsscene die steeds harder wordt, steeds opgepakt worden door de politie voor
vergrijpen waarmee hij niks te maken heeft... “En natuurlijk Jan, die steeds op
m'n huid zat. Dat alles bij elkaar maakte dat ik besloot te stoppen met de
drugs, en met methadon”. Samen met Jan maakt hij een afbouwschema: met Kerstmis
wil hij clean zijn.
Hij krijgt een baantje in een coffeeshop. Niemand wil werken
met Kerst, maar Jos wil die dagen juist graag iets om handen hebben. Eerste
Kerstdag is zijn eerste werkdag. “Ik merkte ik dat ik plezier had in het werk,
dat mensen me waardeerden. Ik kreeg een ander sociaal leven. Dat gaf zo'n
boost, dat ik voelde dat ik de drugs niet meer nodig had. Blijkbaar was de tijd
er rijp voor”.